Categorie: Uncategorized

  • Eindstation Bosuilkast

    Recentelijk verscheen er een artikel op de website van de Zoogdiervereniging met de titel Grote groep rosse vleermuizen dood in bosuilenkast. Uit het artikel bleek dat er in drie verschillende kasten in totaal zo’n veertig dode vleermuizen waren aangetroffen. De dieren waren niet opgegeten, niet ziek en ook niet gewond — maar wat was er dan gebeurd?

    Een van de theorieën is dat de vleermuizen de kasten wel konden binnengaan, maar er niet meer uit konden komen. Vermoedelijk had dit te maken met de gladde binnenwanden. De Rosse vleermuis is een boom bewonende soort die veelal in spechtengaten verblijft, waar de wanden ruw zijn. Voor een vleermuis vormt dat geen enkel probleem om zich naar buiten te werken.

    Dit artikel deed mij denken aan een situatie van enkele jaren geleden in Enschede. Ik werd toen gebeld om een aantal vleermuizen te vangen die in een slaapkamer verstrikt waren geraakt. Het bleken gewone dwergvleermuizen (Pipistrellus pipistrellus) te zijn, en hun aantal bedroeg meer dan 45.

    De eigenaar was enkele dagen weggeweest en had het raam — een kiepraam dat aan de bovenkant openstond — op een kier gelaten. Vermoedelijk was, net als bij de Rosse vleermuizen hierboven, één gewone dwergvleermuis naar binnen gevlogen/gekropen en had hij geen mogelijkheid meer gezien om naar buiten te komen. Hij begon te roepen, waarop zijn soortgenoten te hulp schoten. (Het is bekend dat vleermuizen noodkreten uitstoten wanneer ze gewond of in gevaar zijn, waardoor andere dieren uit dezelfde kolonie komen helpen.) Ook zij konden vervolgens niet meer naar buiten.

    Gelukkig hadden de vleermuizen in Enschede meer geluk dan hun soortgenoten in het Amsterdamse Bos. Samen met een collega vingen wij alle vleermuizen (het vangen duurde dik een uur) en hebben we ze buiten weer vrijgelaten. In dit geval dus een situatie met een happy end en zij leefden (hopelijk) nog lang en gelukkig.

    Bron: https://www.zoogdiervereniging.nl/actueel/nieuws/grote-groep-rosse-vleermuizen-dood-bosuilenkast

    Foto: Gewone dwergvleermuis, Saxifraga-Jeroen Willemsen

  • Joepie, het is feest

    Dat er veel vleermuissoorten zijn, wisten vleermuisliefhebbers al. Maar nu zijn het er nóg meer: veel vleermuissoorten + 1. En dat is een feestje waard!

    Wereldwijd bestaan er volgens de International Union for Conservation of Nature (IUCN) zo’n 5700 soorten zoogdieren. Eigenlijk is dat niet eens zo veel: alleen al in Nederland leven er ongeveer 2400 soorten vlinders. En wereldwijd? Vergeleken daarmee valt het aantal zoogdiersoorten dus best mee. Maar hoe zit het met vleermuizen?

    Pippistrellus etula -@Laura Torrent

    Tot voor kort waren er wereldwijd 1499 soorten vleermuizen. Sinds september 2025 is daar één soort bijgekomen: de Pipistrellus etula, ontdekt op Bioko Island, een eiland van Equatoriaal-Guinea in de Golf van Guinee. Deze soort is ontdekt en beschreven door Laura Torrent. De naam etula betekent ‘eiland’ en verwijst in de lokale taal naar de ‘god van het eiland’.

    De teller staat daarmee op 1500 vleermuissoorten wereldwijd. Voor de cijferliefhebbers: dat betekent dat zo’n 26% van alle zoogdiersoorten een vleermuis is. Ter vergelijking: in Nederland leven er slechts 19 soorten, dus iets meer dan 1% van alle vleermuizen. Maar waarom zijn er eigenlijk zoveel verschillende vleermuizen?

    Hun grote voordeel is dat ze kunnen vliegen en zijn vleermuizen de enige zoogdieren die écht actief kunnen vliegen. Daardoor zijn ze uiterst mobiel en kunnen ze grote afstanden overbruggen. Ze bereiken plekken waar andere zoogdieren niet kunnen komen, zoals afgelegen eilanden. Op zulke nieuwe plekken met andere leefomstandigheden en voedselbronnen doet evolutie zijn werk, en na vele generaties ontstaan er nieuwe soorten die helemaal aangepast zijn aan hun unieke omgeving. Prachtig toch, hoe dat werkt?

    Dat is toch wel een reden voor een lekker stuk taart 🙂

    Bron: https://www.batcon.org/press/1500th-bat-species-discovered-in-africas-equatorial-guinea/

    Foto: ©Laura Torrent

  • Vleermuizenavond voor de Partij voor de Dieren

    Heb je maandagavond vleermuizen verschrikt zien opvliegen? dan weet ik de oorzaak!! Nelleke was haar afspraak vergeten om samen met Hillie voor De Partij voor de Dieren een informatieavond te verzorgen. Zij moest dus racen tegen de klok om op tijd Enschede te bereiken om over dit bijzondere zoogdier te horen  vertellen.


    Op het nippertje kwam ze aan bij “het Stroinkshuis” waar alles al klaarstond voor de presentatie. Zo ook de kijktafel met wetenswaardigheden: een paar opgezette vleermuizen die, doordat er een musje bij stond als model, goed in te schatten zijn qua grootte. En natuurlijk: doosjes met vleermuizenpoep zoekkaarten en informatiefolders.

    Ongeveer 22 geïnteresseerden luisterden interactief naar het interessante verhaal van Hillie, die haar verhaal met nieuwe wetenswaardigheden had aangevuld.

    Tot aan de pauze kwam de algemene  informatie over de vleermuis aan bod:  aantal vleermuizen, verschillende soorten, de bouw en leefwijze; waarom hangen ze op de kop? Dit alles werd verduidelijkt met prachtige vertraagde films van vliegende vleermuizen. (: hoe hebben ze die opnames geschoten??).

    Na de pauze werd uitgebreid stilgestaan bij de voortplanting en alles wat daarbij komt kijken voor een vleermuis: Nadat de pubervleermuizen het “huis uit zijn gegaan”, gaan in september/oktober de mannen op de versiertoer, op zoek naar een partner. Ze paren in de herfst, met tussendoortjes in de winter. Ze zijn niet monogaam: ze paren dus met verschillende partners. Vrouwtjesvleermuizen kunnen sperma bewaren na paring in de herfst, een proces genaamd ‘uitgestelde bevruchting’. Het sperma wordt opgeslagen in een speciaal opslagorgaan totdat het vrouwtje na de winterslaap voldoende is aangesterkt en de omstandigheden gunstig zijn om een eicel te bevruchten en de zwangerschap te starten.

    Eén maal per jaar krijgen vleermuizen jongen en verblijven met soortgenoten in hun onderkomen. Vleermuizen leven in sociale groepen (kraamkolonies).Katten uilen en meeuwen hebben de vleermuis op hun menu staan. Vleermuizen kunnen fungeren als een belangrijke partner voor de mens, bijvoorbeeld in de landbouw door het bestrijden van plaagdieren: denk bv aan buxusmot en de eikenprocessierups.

    Tot slot had Hillie nog een “Toetje”: Hillie liet een filmpje zien waarin een vrouw in India haar huis vol had met vleermuizen: doordat haar buren gingen verbouwen moesten de vleermuizen een ander onderkomen zoeken en dat vonden ze bij deze vriendelijke vrouw. Ze had aan deze zoogdieren een aangenaam gezelschap en dat ze in ruil daarvoor vele malen moest vegen en de poepjes van de muur moest verwijderen, nam ze voor lief. Zij en haar vleermuizen waren op deze manier wel een bezienswaardigheid in haar dorp.

    Dat kun je je voorstellen!!

    Tekst: Nelleke

    Foto’s:

    Nelleke: Uitwerpselen analyseren

    Pieter: Gewone Grootoor

    Kevin: Vleermuiskast

  • NEM-VTT Moeilijke Geluidendag

    Zaterdagochtend, nog voor 8.00 uur, gingen we met z’n vieren op pad. Op naar Nijmegen, naar het hoofdkantoor van de Zoogdiervereniging, om een dag door te brengen met het bestuderen van de moeilijke geluiden van de laatvlieger. En pittig werd het zeker.

    Men zegt vaak: alle begin is moeilijk, maar dat bleek juist het makkelijkste deel. We werden ontvangen met koffie, broodjes en chocolade – vooral dat laatste zorgde voor een aangename gemoedstoestand. Daarna was het tijd om handen te schudden, bij te praten (over vleermuizen natuurlijk), en waren we klaar om te beginnen.

    Laat ik beginnen met de eindboodschap: vol vertrouwen stapte ik het hoofdkantoor binnen, maar zes uur later liep ik met een hoofd vol vraagtekens weer naar buiten. 🙂

    Wat hebben we allemaal geleerd over de laatvlieger, de hoofdrolspeler van vandaag?

    Deze soort vliegt zowel in open als in besloten omgeving. In open omgeving maakt hij veel minder gebruik van echolocatie dan in besloten omgeving. Daar gebruikt hij een lagere frequentie, die bovendien krachtiger wordt uitgezonden. Dat komt omdat de laatvlieger in open terrein minder behoefte heeft aan een nauwkeurig beeld van zijn omgeving; hij wil zo snel mogelijk weer naar een gebied met bomen. Zodra hij in de buurt van bomen komt, schakelt hij over naar een hogere frequentie met een groter bereik, waardoor er een gedetailleerder beeld van de omgeving ontstaat. Tenslotte wil een laatvlieger niet tegen een tak aanvliegen.

    Leuk om te horen was dat de laatvlieger géén QCF-soort is, in tegenstelling tot de bos-, tweekleurige en rosse vleermuis. QCF staat voor Quasi Constante Frequentie.

    De laatvlieger heet niet voor niets zo: hij begint later te vliegen dan de rosse vleermuis. Hij vliegt relatief traag en is daardoor, zolang het nog licht is, kwetsbaar voor roofvogels. De rosse vleermuis heette vroeger de vroegvlieger: een bliksemsnelle soort, die weinig te duchten heeft van roofvogels. Voor de vogelaars onder ons: vergelijk de laatvlieger met een buizerd en de rosse vleermuis met een slechtvalk.

    Nog een interessant weetje: tijdens het vliegen beweegt de laatvlieger zijn kop van links naar rechts, ook tijdens het uitzenden van zijn echolocatie. Daardoor komt zijn geluid bij onze vleermuisdetectoren binnen als hard – zacht – hard – zacht. Zijn bijnaam tapdancer is dus zeer passend. Zijn eindfrequentie is hierdoor niet alternerend, in tegenstelling tot die van de bos-, tweekleurige en rosse vleermuis.

    Tot slot nog 1 leuk weetje: wist je dat de bosvleermuis tot wel 1 km hoogte kan jagen, om daar muggen te verschalken?

    Tekst: Kevin

    Proofreader: Hillie

    Foto: Laatvlieger op muur: Copyright ©Anne van Rijn, via Waarneming.nl

    Foto: Laatvlieger op doek: Copyright ©Jan Mannak

  • Poepjes analyseren

    Als je geen vleermuizen aantreft maar wel sporen, dan gaat het meestal om uitwerpselen. Aan de vorm, kleur en grootte kun je vaak al een inschatting maken van de soort vleermuis. Ook vleugelresten van vlinders zijn hierbij waardevol; die wijzen vaak in de richting van grootoorvleermuizen. Het analyseren van de keutels gebeurt meestal op het terras, nadat een kerkzolder is doorzocht. Op het terras trekken we geregeld bekijks, wat kan leiden tot boeiende gesprekken.

    Interessant is dat je uit de uitwerpselen niet alleen de vleermuissoort kunt afleiden, maar soms ook de prooidieren. Het skelet van een insect bestaat namelijk uit hard materiaal dat vleermuizen niet kunnen verteren: chitine. Dit vormt de stevigheid van het exoskelet bij insecten. Omdat vleermuizen chitine niet kunnen verteren, scheiden ze dit weer uit — en dat verzamelen wij. Onderdelen die uit chitine bestaan zijn o.a. poten, vleugels, angels, tangen (bij oorwurmen) en schilden. Afhankelijk van de grootte van de vleermuis worden deze structuren meer of minder fijn vermalen. Uiteraard vind je niet alles terug in de uitwerpselen, maar we kunnen in ieder geval beginnen met zoeken. Hoe gaat dat in zijn werk?

    Structuur is hierbij belangrijk. Eerst worden de afzonderlijke keutels gedroogd en gecontroleerd, zodat er geen diertjes in zitten die het vleermuismest opeten. Dat zulke beestjes bestaan, was voor mij nieuw — maar eigenlijk is het heel logisch. Onder vleermuisonderzoekers worden ze ‘poep-beestjes’ genoemd. Verder moeten de keutels gesorteerd worden op locatie en verzameldatum. Dan kan het echte werk beginnen.

    De keutels worden vervolgens een dag in een mengsel van glycerine en alcohol geweekt. Daarna komen de chitinedeeltjes los en met een binoculair kun je deze stukjes bestuderen en proberen op naam te brengen. In theorie klinkt dat niet moeilijk, maar ik verwacht dat de praktijk weerbarstiger zal zijn. We zullen kieke’n wat ’t wordt.

    Tekst: Kevin

    Foto’s: Joeke & Nelleke & Pieter

  • Trommelvleermuis

    Vanavond (25 augustus 2025) gaan we vleermuizen tellen! Nou ja niet echt tellen want deze dieren verblijven op moeilijk bereikbare plaatsen, zoals boomholten, spouwmuren en spleten in daken. Daarom kan ik beter zeggen: we gaan de voorbereidingen treffen zodat ze geteld kunnen worden. Maar dan moeten ze zich wel laten zien of beter: laten horen. Omdat we de frequentie waarop zij die uitstoten niet kunnen horen wordt een apparaat gebruikt die de signalen omzet tot voor ons hoorbare geluiden: de batdetector. Deze neemt het op en later worden de geluiden via een speciaal daarvoor ontwikkeld programma uitgelezen.

    Zonsondergang om 20.36 uur

    Deze detector moeten we dus bevestigen aan de auto en daarmee maken we een rondje van 25 km. Dat rondje is vastgesteld door de zoogdierenvereniging.

    We rijden we met 25km/u. Het is de ronde: Noordijk-Geesteren. Dit is de 2e keer en dus de laatste keer dit jaar. We wachten nog even totdat de detector 13 satellieten heeft gevonden en kunnen dan gaan want het is nu 20.36 u en de zon gaat onder.

    Omdat we zachtjes rijden kan dat een gevaar vormen voor de medeweggebruikers dus heeft Judith daarvoor waarschuwingsborden die we aan de binnenkant van de auto bevestigen. Gelukkig heeft deze auto ook waarschuwingslichten dus die gebruiken we als dat nodig is.

    Een aardige automobilist denkt dat we hulp nodig hebben maar Judith gebaart dat hij door mag rijden.

    Het is helder weer; zo`n  250 C en nu is het aan het afkoelen.

    Judith rijdt, Ip navigeert en ik deel de snoepjes uit die Judith heeft meegenomen. Ieder een taak!!

    Judith heeft een microfoon aangesloten zodat we ook in de auto horen of er vleermuizen in de buurt zijn.

    Eerst nog niets: wel geluiden maar niet van vleermuizen. Als het wat donkerder wordt horen we de eerste vleermuis! “Ze zijn er echt wel”,  vertelt Judith en zij kan het weten want zij heeft de route al vaker gereden.

    Er gaat een buizerd voor de auto langs en gaat zitten op een tak zodat wij die goed kunnen zien. Dan horen we een vleermuis: de gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus), de ruige dwergvleermuis (Pipistrellus nathusii), de rosse vleermuis (Nyctalus noctula) of de laatvlieger (Eptesicus serotinus)?? Na het uitlezen zullen we het weten: nu is het gissen.

    Dan horen we nog een bluppend geluid dat was onmiskenbaar de visvleermuis en even later het trommelende roep van de trommelvleermuis. We worden melig.

    Alles weer in de koffer ..en klaar is Kees.. voor vanavond.         

    Ip en Nelleke

  • Nacht van de Vleermuis – 2025

    Presentatie - Nacht van de Vleermuis

    Jaarlijks keert de Nacht van de Vleermuis terug, en dit keer stonden wij paraat bij Camping Tamaring in Ruurlo. Niet alleen waren we goed voorbereid, we kregen ook een verrassing. Waar bij de meeste van onze excursies kinderen vooraan zitten, vol ongeduld wachtend op wat er gaat komen, waren er dit keer bijna uitsluitend volwassenen aanwezig. Logisch eigenlijk: de scholen waren inmiddels weer begonnen – een kleine misrekening van onze kant.

    Vleermuis achter luik

    Dan rees de vraag of onze presentatie wel geschikt was voor volwassenen. Deze gaat immers onder andere over poepen en plassen. Zou dat aanslaan? Het antwoord bleek volmondig ja. Maar eerst iets meer over de Nacht van de Vleermuis.

    De Nacht van de Vleermuis is een jaarlijks terugkerend evenement dat in veel Europese landen wordt georganiseerd om aandacht te vragen voor vleermuizen en hun bescherming. Het idee ontstond in 1997, toen het secretariaat van het Verdrag van Bonn (Convention on the Conservation of Migratory Species of Wild Animals) en het EUROBATS-verdrag (specifiek gericht op de bescherming van vleermuizen in Europa) natuurbeschermers opriepen om een gezamenlijke publieksactiviteit te organiseren. Sindsdien vindt het evenement plaats in het laatste weekend van augustus.

    Na onze presentatie gingen we naar buiten met onze detectoren. Het leuke was dat we met drie verschillende typen detectoren liepen, die allemaal een ander geluid lieten horen. Daardoor werd het een bijna muzikale avond, waarbij één laatvlieger wel twintig minuten boven ons cirkelde. De vleermuis was goed zichtbaar, vloog laag over ons heen en gaf ons zo ruimschoots de tijd om veel te vertellen over vleermuizen en hun rol in de natuur. Dit sloot prachtig aan bij het doel van de Nacht van de Vleermuis.

    Traditie: IJsje

    Dat doel is niet alleen educatief, maar ook gericht op natuurbescherming. Vleermuizen spelen namelijk een belangrijke rol in ecosystemen: ze eten enorme hoeveelheden insecten en dragen zo bij aan de natuurlijke balans. Toch staan veel soorten onder druk door habitatverlies, verstoring van verblijfplaatsen en het gebruik van pesticiden.

    Traditiegetrouw sloten we de avond af met een heerlijk ijsje.

    Tekst: Kevin

    Foto’s: Judith & Joeke

  • Laatste week van de zomervakantie op bezoek bij Camping Lolotte

    Wat is het toch met vleermuizen dat zij zoveel mensen op de been krijgen? Komt het omdat ze eng zijn, omdat ze in het donker vliegen, of zelfs in je haren zouden vliegen? Van die drie is alleen het tweede waar, maar dat vleermuizen veel mensen op de been krijgen, staat vast. Vanavond hadden wij zo’n 80 gasten die geïnteresseerd waren in vleermuizen.

    En de vleermuizen stelden niet teleur. Veel gewone dwergvleermuizen vlogen vlak boven ons hoofd op jacht naar hun lievelingsmaal: insecten. Alleen daarom al zouden wij vleermuizen een warm hart moeten toedragen.

    Maar in plaats van een verslag van de mooie avond bij Lolotte, hier een klein pleidooi voor vleermuizen.

    Vleermuizen zijn de enige zoogdieren die écht kunnen vliegen. Ja, er zijn zoogdieren die kunnen glijden, denk aan vliegende eekhoorns. Zij kunnen inderdaad prachtig zweven, maar de wendbaarheid die vleermuizen hebben, ontbreekt bij eekhoorns. Wat dat betreft lijkt het vlieggedrag van vleermuizen meer op dat van zwaluwen. Deze vogels zijn eveneens wendbaar en jagen op insecten in de lucht. Het verschil is dat zwaluwen dit overdag doen, en vleermuizen ’s nachts.

    Iets bijzonders is hun hartslag. Tijdens het vliegen slaat het hart van een vleermuis wel 18 keer per seconde! Dat is tien keer zo snel als jouw hart. Tijdens de winterslaap daarentegen slaat het hart slechts een paar keer per minuut. Wat een verschil!

    Dit zijn slechts enkele bijzondere weetjes over vleermuizen. De 80 gasten bij Camping Lolotte hebben nog veel meer gehoord, zowel vóór als tijdens het genieten van de vliegende vleermuizen.

    Heb jij zelf interesse om meer te weten over vleermuizen? Breng dan een bezoek aan een van de vele vleermuisexcursies dit weekend. Het laatste volle weekend van augustus is namelijk de Nacht van de Vleermuis. Klik hier voor meer informatie.

    Tekst: Kevin

    Foto’s: Erika

    Website: https://www.nachtvandevleermuis.nl

  • Calixtusbasiliek in Groenlo

    Vrijdag 15 augustus stonden wij met drie mensen paraat om de Calixus Basiliek te beklimmen op zoek naar vleermuizen. Omdat het een warme dag zou worden, besloten wij eerst de toren te beklimmen en van bovenaf naar beneden te zoeken.
    De toren is 75 meter hoog (tot aan de haan op de spits). Wij hebben dus ongeveer 70 meter gedeeld door 20 cm = 350 treden beklommen – en uiteraard ook weer afgedaald.

    Tussen, onder en boven de balken speurden wij zorgvuldig, maar helaas zonder resultaat. Geen grootoor (zoals vorig jaar), geen dwergvleermuizen en zelfs nauwelijks uitwerpselen. De zolder was opvallend schoon. Zou dit betekenen dat er regelmatig bezoekers door de toren lopen, waardoor vleermuizen hier geen rust vinden? Wie het weet mag het zeggen! Voor ons was dit teleurstellend en bepaald niet motiverend om de volgende kerken te bezoeken. Maar hoe houden we de motivatie vast?

    Over onze groep
    Ons team bestaat uit 8 mensen. In 2024 bezochten wij voor het eerst 4 zolders en in 2025 staan er 6 op de planning. Kijken we in de Telganger van mei 2023 (zie onderaan voor link), dan vinden we interessante vergelijkingscijfers.

    In 2022 werden er in Gelderland bijna 60 objecten onderzocht. Als dit aantal vergelijkbaar is met nu, dan betekent ons aandeel van 6 objecten dat wij zo’n 10% van alle Gelderse objecten bezoeken. Toch iets om trots op te zijn.
    Vergelijken we ons met andere provincies, dan blijkt dat ons kleine groepje zelfs meer zolders bezoekt dan er in Drenthe, Utrecht, Zuid- en Noord-Holland worden bezocht. Nog een reden om trots te zijn.

    Gemiddelden en motivatie
    Het gemiddelde aantal bezochte objecten per jaar ligt op 234. Daarin worden ongeveer 500 dieren aangetroffen (exclusief grijze grootoor, ingekorven vleermuis en meervleermuis). Dat komt neer op ruim 2 dieren per object (2,14 om precies te zijn).
    Als wij dus 6 objecten controleren, zouden we gemiddeld 6 × 2,14 = 12,84 dieren kunnen verwachten. Daaruit volgt dat we op de 5 zolders die nog voor ons liggen, de vleermuizen eigenlijk wel moeten tegenkomen. Als dát geen motivatie geeft…

    Tekst: Kevin

    Gebruikte bronnen:

    https://calixtus.nl/rkcalixtuskerk

    https://www.zoogdiervereniging.nl/sites/default/files/2023-07/telganger_2023-1.pdf

  • Gespreksonderwerp is vleermuizen – deel 2

    Koffie op, hup in de auto’s en naar de eerste locatie waar de kasten hangen. De kasten hangen in groepjes van 5, 10 of 15 bij elkaar, afhankelijk van de grootte van het terrein. Dit maakt dat je ze in een aardig tempo kunt controleren. Helaas werd onze werksnelheid een paar keer onderbroken doordat we verkeerd reden.

    Gewone Grootoren

    De eerste 30 kasten gingen vlot — logisch als ze leeg zijn. Dat stond wel in contrast met de berichten die we via de mail hadden ontvangen. We waren namelijk lekker gemaakt met het nieuws dat er recent verschillende soorten in de kasten waren gevonden.

    5 Gewone Dwerg in 1 kast

    Rond de veertigste kast was het dan eindelijk raak: er zaten vleermuizen in! Eens wat anders dan de wespen en nachtvlinders die we sporadisch in eerdere kasten tegenkwamen. Een wijsneus meende watervleermuizen te zien, want ze hadden een witte buik. Klinkt aannemelijk, totdat een collega opmerkte dat ze wel heel grote oren hadden. En dat klopte: we keken naar een tiental gewone grootoorvleermuizen. Zij hielden ons ook goed in de gaten.

    Het is een beeld dat ik nooit zal vergeten: allerlei snoetjes met kraaloogjes die in de lichtstraal van de zaklamp naar ons staarden en gewillig bleven zitten terwijl we foto’s maakten. Missie geslaagd.

    Trots op een mooie foto

    En dat was niet de enige kast die bezet was. We kwamen meerdere kasten tegen met gewone dwergvleermuizen, variërend van één tot vijf individuen. En als afsluiter stuitten we nog op een bosvleermuis… of was het toch een rosse? In ieder geval een Nyctalus.

    Wat een dag! Snel door naar een verjaardag, waar iedereen vol begrip had voor het feit dat ik wat aan de late kant was.

    Tekst: Kevin

    Foto’s: Joeke & Hillie